Kouder zweet op de autokeuring
Snel nog eventjes de post uit de brievenbus halen en rustig aan de avond beginnen. Er zat zoals altijd - ondanks de sticker “geen reclamedrukwerk” – een heel dik pak in en tussen de reclame door zag ik iets groens piepen. Dat zal vast ook wel reclame zijn, probeerde ik mezelf gerust te stellen.
Maar neen hoor, het was de uitnodiging voor de autokeuring! Paniek!! Drama!!
Waarom noemen ze het ook een uitnodiging om je wagen voor te rijden. Het is nu niet dat je vriendelijk kan bedanken en rsvp’en met ‘sorry, ik heb al iets leuks te doen’.
Het was dus weer tijd voor de jaarlijkse verplichte marteling die ook nog eens een trip naar de garage met zich meebrengt. Dubbele horror!
Ergens wist ik dat het eraan zat te komen. Dat hardnekkig groen onding komt namelijk elk jaar mijn gelukzalige kerststemming verpesten, maar ik wentel me graag in het zachte deken van onwetendheid en ontkenning.
Vorig jaar moest ik door omstandigheden op een druilerige weekavond met 2 kleine kinderen op de achterbank naar de keuring. Dat was hét recept voor succes – niet dus.
Meteen bij aankomst was duidelijk dat de ‘leuke meneer’ die mijn wagen zou gaan keuren, absoluut alles in het werk zou gaan stellen om er zoveel mogelijk plezier uit te proberen halen om me te zien klungelen tot in het belachelijke. Zijn werkdag was bijna ten einde en ik heb een lichtbruin vermoeden dat hij enkel garagisten had gezien die dag en dus zijn vermaak van de dag nog niet had gehad.
Van de stress wist ik het knopje om mijn motorkap te openen niet meer zitten. Ik kreeg mijn eerste grijns van meneer. Met hakken en een rokje aan uit je auto staan zoeken naar een knopje ergens onderaan je wagen in het keuringstation, wat een topidee! De vraag naar mijn papieren beantwoorden met het afgeven van mijn boekje, was blijkbaar ook al geen optie. Gelijksvormigheidsattest zegt u… eum… Daar was grijns nummer twee. En zo ging het nog wel een tijdje door.
Toen we eindelijk aan het einde van de lijdensweg gekomen waren, werd mijn auto weer naar beneden gelaten. Mijn hartslag daalde stilaan en de rust in mijn hoofd kon terugkeren. Stapte de keurder doodleuk uit mijn draaiende wagen en zei dat het erop zat.
Eum, mijn auto stond nog op dat hefding (again, technische kennis is me vreemd)! Ik ging er – zeer verkeerdelijk blijkt nu – van uit dat de keurder mijn wagen daar wel vanaf zou rijden.
Ik werd alweer overspoeld door paniek terwijl de kinderen zo enthousiast waren als gingen ze in een ritje in het attractiepark.
Hoe ik er vanaf ben geraakt, is beetje vaag in mijn herinnering. Er kwam alleszins veel gefoefel en heel veel lawaai bij kijken. Het ware een mirakel dat mijn wagen er geen schade aan heeft overgehouden. Maar hey! De auto was gekeurd!
Dit jaar kon manlief deze marteling van me overnemen. Misschien omdat hij ergens schrik heeft dat de auto wordt afgekeurd doordat ik het keuringsstation aan stukken rijd. Ik heb hem vooral niet tegengehouden, want die emancipatie kan vast nóg wel een weekje wachten, toch?